Afgelopen week verdiepte Julien Voets zich in bizarre behandeling van Café de Kaai door de gemeente. Samen met raadslid Joost Pals schreef hij een brief aan het college om opheldering te krijgen waarom de gemeente eerst toestemming gaf, die introk, daarna weer toestemming gaf en uiteindelijk "adviseerde" om niet aan de slag te gaan. Onvoorstelbaar. Dat moet anders.
De gemeente heeft zich volgens het bestuursrecht te houden aan de "algemene beginselen van behoorlijk bestuur". In deze kwestie zijn minstens 5 van die beginselen geschonden. Zo ga je niet met mensen om. Zelfs excuses zijn door de gemeente nog niet aangeboden en actieve communicatie blijft eveneens uit.
Brief
Aan het College van B & W
Postbus 35
4600 AA Bergen op Zoom
Halsteren, 20 januari 2022
Betreft: beginselen van (on)behoorlijk bestuur
Geacht College,
Recentelijk vernamen we via Streekomroep Zuidwest over het zoveelste schrijnende geschil tussen de gemeente en een ondernemer. Binnen het geschil blijkt dat de gemeente meermaals via schrift en woord toestemming heeft verleend aan café De Kaai voor het egaliseren van haar terras.
"Interventie van de burgemeester"
Desalniettemin komt de gemeente terug op haar eerdere besluiten. Recent zelfs door op het allerlaatste moment telefonisch aan te geven dat de eigenaar beter niet aan de slag kan gaan vanwege "een soort interventie van de burgemeester".
Deze vorm van toestemming verlenen en de aanpak die vervolgens gehanteerd wordt, is wat ons betreft een brevet van onvermogen.
Onzorgvuldig
Ondernemers zijn hier serieus de dupe van. Deze aanpak staat haaks op de algemene beginselen van behoorlijk bestuur. Dit zijn spelregels vanuit het bestuursrecht waaraan de overheid geacht wordt zich te houden.
We zien in deze casus minstens vijf beginselen door de gemeente Bergen op Zoom geschonden worden: 1. het zorgvuldigheidheidsbeginsel, 2. het vertrouwensbeginsel, 3. het rechtszekerheidsbeginsel, 4. het motiveringsbeginsel en 5. het beginsel van "fair play".
Toch steekt de gemeente niet de hand in eigen boezem. Het vertrouwen van ondernemers en inwoners in deze gemeente loopt opnieuw een aanzienlijke deuk op. Dat kan de organisatie als geheel aangerekend worden en uw college draagt hiervoor de formele verantwoordelijkheid.
Communicatie ontbreekt
We begrijpen bovendien niet dat u naar aanleiding van deze situatie, waarover Zuidwest verslag doet en waarmee het een publiek onderwerp is geworden, niet proactief communiceert. Het slechts onderkennen, door een woordvoerder, dat deze gang van zaken geen schoonheidsprijs verdient schiet volstrekt tekort.
Vragen
Conform artikel 36 van het reglement van orde stellen wij u de volgende vragen:
- In de eerste plaats vragen we u hoe uw college in algemene zin aankijkt tegen de behandeling van ondernemers door de gemeente. We stellen deze vraag met de impact van de beperkende coronaregels voor de middenstand en voor de horeca als context. Ondernemers proberen met al hun mogelijkheden het hoofd boven het water te houden. Zij hebben te maken met het deels of geheel wegvallen van hun inkomsten en worden tegengewerkt door een gemeente die zich niet houdt aan de algemene beginselen van behoorlijk bestuur. Een gemeente die zich - in tegenstelling tot ondernemers - géén zorgen hoeft te maken over omzet of inkomsten.
- Erkent uw college dat de wijze waarop de toestemming is gegeven en daarna "een soort van" is aangehouden er niet een is die slechts "niet de schoonheidsprijs verdient", maar dat dit ronduit foutief is verlopen? Zo ja: bent u als college bereid om persoonlijk de verstandhouding proactief te herstellen met de eigenaren van café De Kaai? Zo nee: beseft het college dat deze procedure voor de vergunningaanvraag géén beste indruk maakt richting ondernemers die momenteel flink gebukt staan onder beperkende coronaregels?
- In het artikel wordt beschreven dat er twee keer toestemming is gegeven, maar daarna op het laatste moment toch is geadviseerd om (nog) geen uitvoering te geven aan de egalisering. Een aaneenschakeling van gezwalk: wel - niet.
- Vindt u het geven van toestemming, het intrekken, het opnieuw geven van toestemming en het daarna via telefonisch contact van twee ambtenaren "adviseren" om niet aan de slag te gaan een zorgvuldige wijze van besluitvorming?
- Vindt u bovengenoemd zwalken een goede invulling van het vertrouwensbeginsel, waarbij op een professionele manier is omgegaan met het gewekte vertrouwen?
- Zijn de toezeggingen gedaan door daartoe bevoegde personen? Als dit niet het geval is, waarom is dit dan toch gebeurd, zijn deze personen hierop aangesproken en wat onderneemt uw college om herhaling ervan te voorkomen?
- Vindt u dat hier een goede invulling is gegeven aan het rechtszekerheidsbeginsel, waarbij van de overheid consequent handelen mag worden verwacht?
- Vindt u dat hier een goede invulling is gegeven aan het motiveringsbeginsel, waarbij van de overheid een begrijpelijke, deugdelijke en volledige motivering van besluiten mag worden verwacht?
- Vindt u dat hier een goede invulling is gegeven aan het beginsel van "fair play", waarbij besluiten niet onnodig worden uitgesteld, bemoeilijkt of gefrustreerd?
- Realiseert u zich dat een inwoner of ondernemer in een situatie als deze afhankelijk is van deze gemeente en een benodigd besluit niet elders kan verkrijgen? Met andere woorden, realiseert u zich de monopoliepositie van de gemeente en de extra verantwoordelijkheid die dat met zich meebrengt?
- In het artikel wordt een woordvoerder van de gemeente geciteerd met de uitspraak "een soort van interventie van de burgemeester", zonder nadere toelichting.
- Hoe verhoudt zich normaliter de rol van de burgemeester in een verleende gemeentelijke toestemming richting een ondernemer?
- Kunt u een gedetailleerde weergave geven van aanknopingspunten / signalen die een rol van de burgemeester rechtvaardigen op het allerlaatste moment, dus wanneer een verleende toestemming voor een ingediend plan al is verwerkt en gecommuniceerd door de gemeente? Zowel in algemene zin als in deze casus.
- De uitspraak "een soort van interventie van de burgemeester" wordt als citaat vermeld. Die vorm heeft betekenis; journalisten zijn uiterst zorgvuldig als dat op die wijze wordt opgetekend.
- Waarom is er gekozen voor een halve toelichting, waarbij wél wordt verwezen naar (handelen van) de burgemeester, zonder een inhoudelijke duiding? Een dergelijke toelichting roept meer vragen op dan dat het antwoorden geeft. Het leidt tot speculatie en is daarmee ook schadelijk (of kan dat zijn) voor het imago van de burgemeester. Het bezorgt ons twijfels over de professionaliteit van de woordvoering vanuit de gemeente.
- Kan uw college cijfers verstrekken over geschillen tussen gemeente en inwoners en ondernemers die eerder belandden bij de Nationale Ombudsman? In aanvulling hierop: in hoeveel gevallen oordeelde de Nationale Ombudsman dat de gemeente gelijk had en anderzijds dat inwoners en ondernemers gelijk hadden?
- Is uw college bereid om de dienstbaarheid vanuit de gemeente actief te verbeteren naar aanleiding van voorbeelden van geschillen? Kunt u daarbij uitleggen op welke wijze u dat concreet wil oppakken en meegeven aan het volgende college?
Met vriendelijke groet,
Joost Pals
Lijsttrekker
Julien Voets
Steunfractielid